omslag rapport advies monumenten slotervaart.

Monument

De huizen in het Bluebanddorp hebben de status van Gemeentelijk monument.

In 2008 heeft Steenhuis stedenbouw/landschap en Urban Fabric BV in opdracht van Stadsdeel Slotervaart een uitgebreide studie gedaan naar een flink aantal potentiële monumenten in Slotervaart. Hier is een rapport (pdf, 36Mb)  of  hoge resolutie (193Mb ) uitgekomen dat voor het stadsdeel advies was om objecten als gemeentelijk monument aan te wijzen. Het Bluebanddorp is 2 december 2008 opgenomen als monumentnummer 200563 (zie BMA).

Uit het rapport:

Aanbevelingen – Voor het beheer van de zaagtandwoningen zijn vier punten van belang: de kleurstelling van de boeiborden en garagedeuren (blauw), de gedraaide entrees (zaagtand), de platte daken en de groene hoven.

Beschrijving – Het complex met de zogenoemde “zaagtandwoningen” bestaat uit 299 laagbouwwoningen verdeeld over vijf stempels rondom gemeenschappelijke hoven.
Een stempel is opgebouwd uit twee haken rondom een hof. Een enkele haak bestaat uit twee blokken woningen van twee bouwlagen die met elkaar verbonden zijn door garages of twee woningen. Ieder woning heeft een rechthoekige plattegrond met vierkante entree die met een hoekverdraaiing aan de plattegrond is gekoppeld. Deze hoekverdraaiing zorgt voor de gevelrooilijn in de vorm van zaagtanden. Op de begane grond zijn de hal, keuken, berging en woonkamer gesitueerd. De twee slaapkamers, bergplaats, wc en wasruimte bevinden zich op de eerste verdieping.
Elke woning heeft een tuin aan de achterzijde. De gevels zijn van rode baksteen, gemetseld in halfsteensverband. Het dak is plat en afgewerkt met een blauw boeiboord, hier komt de naam ‘Blue Band dorp’ vandaan. De voorgevel is vrij gesloten en wordt onderbroken door het portiek in het midden van de woning, een smal liggend venster rechtsboven het portiek en een enkel venster op de eerste verdieping. De zijgevel steekt door de knik aan de straatkant iets uit en heeft een enkel venster. De achtergevel grenst aan de tuin en heeft een meer open karakter door een groot venster op de begane grond en een kleiner venster op de eerste verdieping.
Op de hoeken van de woonblokken komen de schuine voorgevels van de twee woonblokken elkaar tegen waardoor een rechte voorgevel ontstaat. Hierdoor ontstaat tevens aan de achterkant een verbindend stuk tussen de zijgevels van de twee woonblokken. De garages op de hoek van dezelfde bakstenen als de woningen
hebben een enkele bouwlaag. Elk blok heeft vijf garages met blauwe garagedeuren in dezelfde kleur als de blauwe band aan de bovenkant van de gevel.

Stedenbouwkundige waarde – Het woningcomplex, ook bekend onder de naam Blue Band-dorp, vormt een hechte stedenbouwkundige eenheid van laagbouwwoningen tussen de Cornelis Lelylaan, Johan Huizingalaan, Slotervaart en de metrolijn.
Het complex ligt aan de Johan Huizingalaan, deze straat is onderdeel van de hoofdstructuur, maar er is geen relatie met deze hoofdstructuur.

Ensemblewaarde – Het woningcomplex bestaat uit vijf identieke stempels op een regelmatig grid. Ieder stempel bestaat uit een evenwichtige compositie van een hof met daaraan vier stroken woningen, die per twee met de achtertuin of met de voorgevel op het hof zijn georiënteerd.

Architectonische waarde – Frans van Gool (1922) ontwierp voor het Blue Banddorp een experimentele plattegrond met een gedraaide entreepartij. Hierdoor vormde de voorgevels van een blok een zigzaglijn. De overige vormentaal en materialisering is niet bijzonder, waardoor het complex alleen architectonische waarde aan de zigzaggende rooilijn ontleent. Van Gool ontwierp diverse woningen, kantoren en winkelcentra. Hij werd bekend door zijn bijdrage aan de Lijnbaan entwee kantoorvilla’s aan Weteringschans. Nadat Van Gool in dienst was geweest bijde woningdienst van Amsterdam kreeg hij diverse opdrachten voor verschillende woningprojecten, waaronder woningbouw in Buikslotermeer, in samenwerking met Oyevaar en Stolle. In de top honderd van het Bureau Monumenten & Archeologie is Het Breed en omgeving (1968) opgenomen.

Typologische waarde – De zaagtandwoningen zijn geen herhalingsbouw. Wel werd geëxperimenteerd met nieuwe technieken. Sommige huizen kregen bijvoorbeeld centrale verwarming. Ook werden de huizen opgebouwd uit stapelblokken van licht beton om de bouwtijd te verkorten en werden de wanden van de woonkamer, hal en keuken afgewerkt met verf (gespoten) in plaats van het gebruikelijke pleisterwerk. De gedraaide entreepartij zorgde voor de meeste ophef, omdat je hierdoor precies in de gaten kon houden wie er bij de buren op bezoek kwam. Toch is het woningbouwcomplex in het algemeen van een zeer gangbaar type. Beton werd veelvuldig in Slotervaart toegepast en elders in Slotervaart komt een gelijksoortige verkaveling voor, met woningen onder een schilddak. Ook laagbouwwoningen met platte daken zijn geen uitzondering in het stadsdeel.

Gaafheid/herkenbaarheid – Aan het bouwvolume zijn geen wijzigingen aangebracht. In enkele gevallen zijn de zijgevels gestuukt en de kozijnen vervangen door exemplaren van kunststof.

Monumentwaardigheid – De zaagtandwoningen vormen een hecht stedenbouwkundig complex met een hoge ensemblewaarde. De architectonische waarde wordt bepaald door de gedraaide entreepartijen en de blauwe boeiborden op zowel woningen als garageboxen.